Reinigingsheffing
De gemeente heeft de wettelijke plicht om huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen. De kosten voor het inzamelen van huishoudelijk afval worden, op grond van artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer, verhaald op de aanbieder van het afval door middel van de afvalstoffenheffing. Een gemeente heeft een grote mate van vrijheid bij de invulling van de afvalstoffenheffing. Het gemeentebestuur mag de heffingsgrondslag en de heffingsmaatstaf bijvoorbeeld zelf bepalen.
De inzameling van bedrijfsafval wordt sinds 2021 privaatrechtelijk uitgevoerd. Voor deze niet verplichte diensten kan geen afvalstoffenheffing worden geheven. In plaats daarvan worden contracten afgesloten met de bestaande relaties.
Voor de afvalstoffenheffing geldt dat de geraamde baten de geraamde lasten niet mogen overschrijden. Om de mate van kostendekkendheid te tonen, geven de overzichten de lasten op het product c.q. taakveld en de extracomptabele lasten (zoals overhead) weer. In de overzichten staan ook de geraamde opbrengsten genoemd. De definitieve tarieven voor 2022 worden in december met een apart raadsbesluit vastgesteld.
Huishoudelijk afval
Op het gebied van de inzameling van huishoudelijk afval nemen de kosten al enige jaren toe. Ook landelijk is dat de trend (landelijke stijging van de afvalstoffenheffing in 2020 8,4% en in 2021 10%). Dit wordt onder meer veroorzaakt door een stijging van de stort- en verwerkingskosten voor onder andere grofvuil, restafval en enkele andere afvalstromen. Daarnaast is sinds 2020 de Rijksheffing op het verbranden van afval flink verhoogd. Ook deze heffing moet worden doorberekend in de gemeentelijke afvalstoffenheffing. Mocht het rijk in de komende maanden vergelijkbare maatregelen aankondigen, zal de financiële consequentie daarvan in de afvalstoffenheffing opgenomen moeten worden.
Om te voorkomen dat er kosten vanuit andere gemeenten worden neergelegd bij onze inwoners, zijn acties geïmplementeerd om het afvaltoerisme uit te bannen. Daarnaast wordt vol ingezet op het scheiden van afval (onder andere omgekeerd inzamelen) en het efficiënter werken om op die manier de kosten van de afvalinzameling beheersbaar te houden.
Al deze maatregelen hebben er mede voor gezorgd dat in 2021, tegen de landelijke trend in, de tarieven gedaald zijn. Voor 2022 is de verwachting dat de tarieven gelijk kunnen blijven aan die van 2021.
Omdat de toename van de kosten van afvalinzameling al enkele jaren gaande is, is de voorziening afvalinzameling geheel uitgeput. De voorziening moet zich op termijn weer langzaam vullen. Er wordt voor gekozen om dit gefaseerd in de opvolgende jaren te doen.
In de exploitatie van de reiniging wordt ook (een deel van) enkele taken gedekt die niet geraamd worden op het product huishoudelijk afval, maar elders in de begroting. Voor de reiniging gaat het om 65% van het product Straatreiniging en 100% van de lasten van kwijtschelding. Daarnaast wordt in totaal afgerond € 1 miljoen aan overhead toegerekend. Het dekkingspercentage komt hiermee uit op ruim 99%.
Lasten taakvelden | Overhead | BCF BTW | Lasten totaal | Overige inkomsten | Leges | Baten totaal | % Kosten dekkendheid | |
Verwijderen huishoudelijk afval | 3.668.937 | 934.633 | 382.287 | 4.985.857 | -107.913 | -5.881.852 | -5.989.765 | |
Straatreiniging (65%) | 579.281 | 81.654 | 660.935 | 0 | ||||
Kwijtschelding gem.bel. (100%) | 364.368 | 15.052 | 379.420 | 0 | ||||
Mutatie voorziening | 0 | 0 | ||||||
Totaal | 4.612.586 | 1.031.339 | 382.287 | 6.026.212 | -107.913 | -5.881.852 | -5.989.765 | 99,4% |